Drillster Support

Adaptieve toets

Een adaptieve toets aanmaken verschilt van het aanmaken van een standaard toets. Je stelt een adaptieve toets in bij de optie 'Vraagverdeling', deze vindt je bij het definiëren van een nieuwe toets. Hieronder leggen we uit waar je op moet letten bij het maken van een adaptieve toets. We leggen uit hoe het startniveau werkt, hoe een deelnemer door de verschillende sets vragen heen gaat en we geven een voorbeeld om te laten zien hoe een adaptieve toets eruit ziet.

Startniveau
Als je de adaptieve toets instelt, word je gevraagd om het startniveau aan te geven. Met het startniveau geef je aan uit welke drill Drillster de eerste set vragen haalt. Standaard staat dit op “flexibel (default)”, dit houdt in dat Drillster de deelnemer in het midden van niveaus laat starten.
Niveau stijgen of dalen
Aan de hand van de score die een deelnemer behaalt op de eerste set vragen, gaat deze door naar de volgende set vragen. Hiervoor gelden 3 mogelijkheden: 
    1. Beantwoordt de deelnemer < ⅓ van de vragen correct, dan daalt hij 1 niveau.
    2. Beantwoordt de deelnemer tussen de  ⅓ & ⅔  van de aantal vragen correct, dan blijft hij op hetzelfde niveau. 
    3. Beantwoordt de deelnemer tussen de > ⅔ van de vragen correct, dan stijgt hij 1 niveau. 
    4. Wanneer het resulterende niveau niet beschikbaar is (je kan niet lager dan het laatste niveau of hoger dan het hoogste), blijf je op hetzelfde niveau.

Zo gaat de deelnemer door de verschillende niveaus en uiteindelijk bepaalt de score van de laatste set vragen welke score hij op de adaptieve toets heeft behaald.

Voorbeeld
Een student gaat de toets starten. Er is voor deze student door de beherende organisatie bepaald dat het startniveau op 3 staat. De eerste set vragen komt dan uit het 3de niveau.

De student scoort in deze eerste set vragen 85%. Door deze score komt de student uit in de categorie >⅔, waardoor de student een niveau omhoog gaat en dus stijgt naar niveau 4 in de tweede set vragen. 

In de 2de set krijgt de student weer een aantal vragen. Nu wordt er 32% gescoord. Door deze score komt de student uit in de categorie <⅓ , waardoor de student een niveau omlaag gaat en dus teruggaat naar niveau 3 in de derde set vragen.

In de 3de set krijgt de student weer een aantal vragen. Hier wordt 70% behaald. Door deze score komt de student uit in de categorie >⅔ , waardoor de student een niveau omhoog gaat en dus weer stijgt naar niveau 4. Omdat er geen vierde set vragen volgt, is het eindresultaat van deze student niveau 4.5_niveaus.jpg

Calculatie via de API
De calculatie van een adaptieve toets is gelijk aan een normale toets op 1 detail na. Via de API wordt na het afronden van een toets een percentage meegestuurd. Bij een normale toets is dan een percentage tussen de 1 en 100%. Bij een adaptieve toets is dit anders, hier wordt gekeken naar de hoeveelheid niveau's die in de toets verwerkt zijn. Heb je een adaptieve toets met 4 niveau's, dan is het eindresultaat altijd 0%, 25%, 50%, 75% of 100%. Dit percentage geeft het niveau van de student weer. Dit kan je met de transformator Drill-naam van behaald niveau omzetten naar de naam van de drill die de student heeft behaald.
Hebt u meer vragen? Een aanvraag indienen

0 Opmerkingen

Artikel is gesloten voor opmerkingen.